Deze Zondag

Deze Zondag

Jakob heeft een diepe wens. Hij wil niet in Egypte begraven worden. Hoewel daar de mooiste graven ter wereld zijn, wil hij naar dat kale Kanaän. Naar het land van dat grote bevrijdingsvisioen. Beloofd land waar ooit ruimte van leven zal zijn, melk, wijn en honing. Jakob wil in dat visioen begraven worden en niet in het land van de dood. Zijn leven niet tevergeefs, maar als zaad in beloofde aarde. Zaad dat zomaar weer vrucht kan gaan dragen.

En als het zover is, wordt de grote Jozef geroepen. Daar staat hij. Bij het sterfbed van zijn vader. Samen met zijn twee zonen Manasse en Efraïm. De grootse en de kleinste. Vader wil hen zegenen maar op een andere manier dan de natuur voorschrijft. Niet de grootste als eerste, maar de kleinste voorop. Het is het liedje dat al heel zijn leven met hem meezingt: ‘De eersten zijn de laatsten’. Daar heeft hij een leven lang mee geworsteld. Maar nu moet het gezegd en gedaan. Dat is de volgorde: de kwetsbaren gaan voor. Die hebben de zogenaamd sterken wat te leren. Het is het geheim waar hij mee wil sterven. En het is de zegen die hij als laatste wake up call wil meegeven.

Zondag gedenken wij de namen van onze overledenen. Zij die als zaad in de aarde gingen. Om ook nu nog vrucht te dragen en tot een zegen te zijn. We gedenken hen met het Kol Nidrei van Max Bruch en met liederen van Pasen. Omdat wij willen geloven dat hun leven niet tevergeefs is geweest. En wordt bewaard in het visioen van hem die zegt de opstanding te zijn.

Ad van Nieuwpoort

terug